Een bezoek aan de binnenkant van de huidige (origineel Belgische) commandobunker uit WO II in het Citadelpark te Gent.

Citadelpark Gent

Buskruitfabriek Cooppal Wetteren

Vliegvelden WO I Regio Gent

WO I Munitiepark Kwatrecht

De Dodendraad

De Hollandstellung - Duitse WO I bunkerlinie

Reichsschüle Flandern - SS-School Kwatrecht

Duitse Atlantic Wall Radarpost - Goldammer

WOI en II Munitiedepot De Ghellinck Zwijnaarde

Duitse gangen onder centrum Gent WOII

Publieke WOII Schuilplaatsen Groot Gent

Het Fort van Eben Emael

KW-linie

WO I - Kwatrecht - Melle

18 daagse veldtocht gekoppeld aan TPG

Neergestorte B17 te Kwatrecht 19-09-1944

De bevrijding WO II van de regio rond TPG

Details van de legers:

Gesneuveldenlijsten:

Contact en onbeantwoorde vragen

Media-aandacht

Copyright

Links

Het militaire verleden van het Gentse Citadelpark

Een bezoek aan de binnenzijde van de nog bestaande bunker in het Citadelpark te Gent.

Het Chalet tot en met het toegangssas van de originele Belgische Bunker uit 1938.

We beginnen bij deze een tocht doorheen de structuur aan de binnenzijde van de bunker zoals hij hier nog steeds in de ondergrond terug te vinden is. We zullen hierbij zoveel mogelijk onduidelijkheden over de structuur proberen uit te wereld te helpen. We vatten onze tocht door structuur aan bij het Chalet op de top van de heuvel.

Achteraan het chalet, bij het afgesloten achtergedeelte staat nog een grote zendmast alsook nog een van de minder opvallende grote luchtpijpen. Links een soort bergruimte (carport) aangebouwd tegen het chalet.

We zullen het wachten niet langer op proef stellen en dan maar eens een kijkje nemen in wat er onder de grond nog terug te vinden is. De toegangsdeur van het chalet is een metalen, gasdichte en courant type gepantserde deur. Achter de toegangsdeur vindt men meteen links een soort gordijndeur waarachter de originele toegangstrap tot de bunker te vinden is.
Het chalet wordt heden ten dage zoals reeds werd vermeld in de eerdere geschiedenis van de bunker, gebruikt door de Gentse Groendienst. De binnenkant zegt ons heden nog zeer weinig over hoe het chalet er origineel uitzag ten tijde dat de bunker nog in gebruik was door de Civiele bescherming. Het gebouwtje bevat heden ruimtes zoals vestiaire, wasruimte, keuken en refter voor het personeel van de groendienst. Dit is de totaal gerenoveerde versie van het originele herbouwde bakstenen gebouwtje uit 1947. Het originele gebouwtje was bij het vertrek van de Duitse bezetter in 1944, net zoals de bunker en het Chalet Suisse in brand gestoken.
1. De toegangstrap achter de accordeondeur.
Deze eerste trap brengt ons tot op een eerste niveau in de toegang van de bunker. Enkel het bovenste gedeelte van de trappengalerij wordt heden nog gebruikt door de Gentse Groendienst. Men stapelt er wat klein materiaal. De rest van de meer lager gelegen structuur wordt ook door de Groendienst totaal niet gebruikt. Voor hen is het gewoon een grote niet gebruikte kelder.
2. De dubbele vervolgtrap.

Onderaan de eerste trap, komen we bij een eerste gepantserde gasdichte deur. Dit zijn gasdichte deuren met een vierpuntssluiting, één onder- en bovenaan en twee op de zijkanten. Achter deze deur komt men in een nieuwe trappengalerij van twee elkaar opvolgende trappen.

Via een tussenplatteau en een tweede trap komt men uiteindelijk op het niveau van de bunker. Deze bevindt zich uiteindelijk praktisch op hetzelfde niveau als het maaiveld van de Leopold II-laan.

 

 

 

3. De bij de toegang van de bunker bijgetrokken kazemat van het oude Citadel.

Zoals reeds in een eerdere reportage over het Citadelpark vermeldt, zijn bij de bunker een aantal oude kazematten van het originele Citadel, bijgetrokken geweest. Dit is de eerste van de twee (de meest zuidelijke van de twee).

Onderaan de trap kijken we recht voor ons uit op een gepantserde gasdichte deur. Merkwaardig genoeg is deze ruimte wel degelijk getekend op originele plannen van de bunker uit 1938 maar maken ze zoals daar op te zien, niet meteen deel uit van de bunker. Toch zou deze ruimte van bij de bouw van de eerste bunker reeds bij de bunker betrokken geweest zijn. Allicht als een extra soort stapelruimte (zonder noodzaak dat ze betrokken was met de meer beschermde bunker binnen zware betonnen muren van 1.30 meter en een plafond van 3 meter dik). De ruimte is namelijk wel degelijk te zien en getekend in op het originele situatieplan van de bunker uit 1938.

Aan de binnenkant ziet men duidelijk dat het om een afwijkende structuur gaat. Men ziet overal restanten van het originele

bakstenen booggewelf van een oude kazemat deel uitmakend van het originele Citadel van Gent, meer bepaald één van de kazematten van de Demi-Lune horende bij de Ravelijn 5-1.

Deze ruimte geeft al meteen na het binnenkomen een vrij smerige indruk. Ook niet te verbazen als men moet vaststellen dat er op de linker kant van de ruimte een zware stroomgroep valt te bespeuren. Dit is al meteen één van de grote aanpassingen van de bunker bij het in gebruik nemen van de structuur door de Civiele bescherming. Origineel bevond de ruimte met de stroomgroep zich volledig achteraan de bunker. (zie "bouw van de bunker in 1938"). Allicht reeds door plaatsgebrek van bij aanvang van in gebruik nemen van de bunker, werd geopteerd deze functie te voorzien in deze oude kazemat. Hierdoor kwam heel wat nuttige ruimte achteraan de bunker vrij voor andere nuttigere functies. Hieronder alvast links nog een detailblik op het merk van de stroomgroep. Ikzelf meen er op te lezen: "Established 1867 - R A Fiscer & Co Loct - Dursley Glos - England". Het toestel dat rechtsachter in de kazemat te zien is (rechtsonder), is mij totaal onbekend qua functie. Het lijkt mij eerder een soort machine om allerhande drukken en weerstanden te kunnen regelen, bijkomende info hierover is zeker welkom.

Om uw oriëntatie wat te vereenvoudigen is het misschien leuk eens een terugblik te werpen naar te toegang van deze kazemat. Met ziet hier de uitlaat van de stroomgroep in het plafond verdwijnen, net zoals een aantal elektrische kabels en nog 2 bijkomende buizen. De uitlaat van de stroomgroep komt boven aan het oppervlak juist achter het chalet als de kleine schacht (nr 1) op de buitenbeschrijving van de bunker. Aan deze schacht merkt men ook nog een hoog uitstekende ontluchter. Dit zal samengehoord hebben met een mazouttank die allicht ook in deze kazemat zal gestaan hebben maar heden werd verwijderd. De tweede buis die onderaan de in de kazemat werd afgekoppeld is allicht de originele invulbuis voor deze zelfde verdwenen mazouttank.
Achteraan in de ruimte vindt men ook nog dit merkwaardig gat in het plafond. Ook dit is zo goed als zeker een aanpassing uit de tijd van de Civiele bescherming. De stroom-groep die hier nu staat opgesteld, is lucht-gekoeld. Hierdoor was er allicht vrij grote nood aan invoer van verse lucht. Door dit gat dat boven uitmondt in de structuur 3, reeds beschreven in de bovengrondse structuren van de bunker, kon men aan het oppervlak verse lucht aanzuigen.
Omdat de structuur nu toch diende aangevuld te worden met deze buizenstructuur als schacht naar boven (linksonder foto van beneden naar boven en rechtsonder van boven naar beneden), werd dezelfde structuur sindsdien ook op de plannen aangeduid als een mogelijke nooduitgang van deze ondergrondse structuur. Vandaar ook de metalen ladder die men kan zien zitten op de zijkant van de schacht.
Dat deze ruimte nog meer merkwaardige aanpassingen bevat mag ook nog blijken uit deze merkwaardige boogvormige doorgang. Er blijkt hier een doorsteek gemaakt in het originele baksteenwerk van de kazemat. Als men iets verder in het gat kijkt, merkt men zelfs dat de originele betonnen wand van de bunker (1.30 meter breed), werd doorbroken om via deze weg kabels de betonnen bunker binnen te krijgen. Ook dit moeten zeker aanpassingen zijn van na de originele Belgische en zelfs Duitse bunker. Dit moeten zo goed als zeker aanpassingswerken zijn uit de periode van de Civiele Bescherming.

4. De hoofdtoegang van de bunker.

Onderaan de trappengalerij naar rechts ziet men de hoofdingang van de bunker. Deze is uit-gewerkt in een volledig systeem van een sas en bestaat uit een opeenvolging van drie deuren. Zo is er vooreerst een loodzware, gepantserde tweedelige deur.

De reden dat deze deur twee-delig is opgebouw, zoals een paardendeur, heeft te maken met het risico dat deze structuur zou gebombardeerd worden. Mocht er om één of andere reden, puin van een voor deze deur komen te liggen, is de kans reëel dat het onderste gedeelte van de deur belemmerd zou worden om nog te kunnen open-draaien. In dat geval was de kans wel nog groot dat het tweede gedeelte alsnog zou kunnen worden geopend. Daarom een tweedelige systeem.

Gepantserde deur commandobunker

Ook nog leuk om op te merken is dat een dergelijke deur onmogelijk in zijn geheel in de structuur kon worden geplaatst wegens zijn gigantische gewicht. Daarom merkt men dat de buitenplanten van de deuren (bereikbaar voor originele belagers in gesloten toestand) steeds deels zijn bevestigd met één of meerdere rijen klinknagels (niet verwijderbaar). De binnenplaten en eventueel bijkomend gemonteerde tussenprofielen, zijn daarentegen vaak met bouten aangebracht (dwars doorheen de structuur). Deze platen en profielen zijn op deze wijze eventueel door aan de buitenkant de moeren te lossen wel nog los te maken, alleen blijft men dan vanaf de buitenkant wel nog steeds zitten met een volledig gesloten deuroppervlak, bevestigd met klinknagels die men onmogelijk met een moersleutel gaat openkrijgen. Op die wijze kon men deze uiterst zware deur in minder grote stukken binnen in de bunker monteren.

Deze zware deur was niet de enige deur. De zware deur was namelijk ook niet gasdicht. Daarom was de toegang nog eens belemmerd door een dubbel beveiligd toegangssas (twee opeenvolgende zware gepantserde deuren, elk met zespuntssloten. Deze deuren sloten af met een haak naar boven, één naar beneden en twee naar beide kanten van de zijkanten van de deur. Twee van de haken naar de zijkanten klemden zelfs in de scharnieren van de deur zodat deze zelfs zonder de 4 andere haken ingeklemd, onmogelijk nog kon draaien op haar scharnieren.

Leuk om te melden blijft ook dat dit type van deuren nog zeer zeldzaam is om terug te vinden. Men is ze trouwens reeds uit het buitenland komen bekijken wegens zo goed als nog uniek in hun soort, en zeker in hun intakte vorm.

Ook leuk om te vermelden bij de foto links hierboven is dat men hier duidelijk de dikte van de betonnen bunkerwand kan zien. De afstand tussen de twee deuren is namelijk exact de dikte van de betonnen wand, namelijk 1.30 meter.

Een tweede gelijkaardige deur bevindt zich twee meter verder. Deze vormt de laatste barrière om deze bunker te betreden.

Mocht iemand over gelijk welke bijkomende informatie beschikken van deze structuur, blijft dit steeds welkom als mogelijke aanvulling op deze pagina. Mail in dat geval gerust op onderstaande mailadres: info@bunkergordel.be

Graag had ik bij deze onderstaande diensten willen danken voor het mogelijk maken van deze reportage:

  • Mr Ghislain Mineur voor zijn zeer vlotte manier van samenwerken als het gaat over het beschikbaar stellen van materiaal en gedachtengoed, het ruilen van waardevolle documentatie en inzichten in de structuur van de bunker.
  • De diensten Stadsarcheologie en Stadsarchief, beiden gevestigd in "De Zwarte Doos", Dulle Grietlaan 12, 9050 Gentbrugge.
  • De Gentse Groendienst voor zijn vlotte medewerking.