b44
 
Bunkernummer
B44
Oud Bunkernummer
AM4
Lokatie
Melle
Toegankelijkheid
Schietgat vrij. Toegang zeer beperkt geopend
Aantal kamers

1 kamer en een sas

Aantal schietgaten
1
Type geschut
1 x MI
Bijhorende vuurrichting
Zuid - Zuidoosten

Korte beschrijving van de bunker

  • Uitwendige kenmerken.
  • Een ruw stenen uiterlijk.
  • Het schietgat zat verborgen achter een metalen luik.
  • Origineel was het bunkertje in zijn geheel geverfd met een lichtgroene ondergrond. Hierop waren rode, oker en smaragdgroene vlekken aangebracht. Op verschillende plaatsen zijn nog restanten van deze originele camouflagekleuren aanwezig op de bunker.
  • Daarnaast heeft de bunker net zoals B42 en B43 op het dak een betonnen rand om te maken dat de grond op het dak van de bunker vlot blijft liggen en de begroeiing van het talud vlot kon overgaan op het dak van de bunker. Dit is ook een techniek die op Betsbergbos nog werd toegepast op het dak van de bunkers Be14, Be15, Be17 en Be19.
  • Deze bunkertjes worden gekenmerkt door een groot oreillon voor het schietgat.
  • Het bunkertje heeft een volledig in beton uitgewerkt toegangssas met verschillende betonnen treden en onderaan een sterfputje.
  • Bij de bunkers met mitrailleurkamer(s) was de toegang tot de eigenlijke gevechtsruimtes van de bunker gescheiden van het sas door middel van een gepantserde metalen deur van 0.86m x 1.82m (BxH) met zonneblinden, omlijsting en luikje voor toegangsverdediging.
  • De eigenlijke toegang bij de inkom was op zijn beurt afgesloten met een metalen traliehekje van 0.90m x 1.82m
  • In elke mitrailleurkamer was daarnaast standaard aanwezig:
    • 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
    • Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers.
    • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
    • 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur
  • Ventillatiegaten waren aan de buitenzijde aan de bovenzijde afgesloten met een koperen geperforeerde afdekplaat om ingooien van projectielen naar binnen onmogelijk te maken.
  • Globaal zat dit bunkertje zeer goed verstopt in het talud van de spoorwegen en dit werd zeker zo weinig mogelijk geaccentueerd om er zeker de aandacht niet op te trekken.
  • Structuur.
  • Een mitrailleurkamer en een toegangssas.
  • De bunker was geschikt voor het opstellen van een mitrailleur.
  • Opnieuw zit zoals bij B43 het toegangsas op de zijkant van de bunker in plaats van achteraan.
  • Opmerkingen.
  • Het is een achterliniebunkertje tussen de spoorlijn Oostende-Brussel en de steenweg Aalst-Gent. Hij is in het talud van de tweede spoorlijn parallel met de steenweg. Hij ligt tussen B43 (620 m) en B45 (210 m).
  • Het bunkertje was standaard voorzien voor de opstelling van een Maximmitrailleur. Daarnaast was hij ook uitgerust om een Hotchkiss- of Coltmitrailleur te kunnen opstellen.
  • Omdat het bunkertje ingewerkt zit in het spoorwegtalud, was er geen specifieke onteigening voor de grond waar de bunker zelf werd opgebouwd. Deze werd namelijk toen ook al gebouwd op staatsdomein (eigendom van de Belgische Spoorwegen). Of dit gedeelte van het talud ook kadastraal is ingedeeld bij Melle sectie D perceel 100bis, is ook mij onduidelijk. Gezien het bunkertje is gebouwd kortbij het spoorwegbrugje over het veldwegeltje dat de Brusselsesteenweg verbindt met Kalverhage, is er logischer wijze ook gebruik gemaakt van dit wegeltje voor de bereikbaarheid (tijdelijke en permanente erfdienstbaarheden). Dit wegeltje is echter geen openbare weg maar privé-eigendom. Het staat kadastraal gekend als Melle sectie D perceel 92 en was eigendom van de familie De Kerckhove d'Exaerde.
  • Voor zowel de permanente als de tijdelijke erfdienstbaarheid werd gebruik gemaakt van het gedeelte van de wegel komende van Kalverhage tot aan het eerder genoemde spoorwegbrugje. Dit betrof een erfdienstbaarheid over een strook van 204 meter lang en 2 meter breed (linker kant van wegel). De tijdelijke erfdienstbaarheid voor een periode van 8 maand, omvatte nog een bijkomende breedte van 3 meter breedte over dezelfde strook. Deze was enkel van toepassing tot de bouw van de bunker was beëindigd.
  • De akte werd verleden op 28 mei 1935 voor een totaalprijs van 3035 Bef. Voorlopig is het nog onduidelijk of er voor deze akte jaarlijks bijkomende intresten zijn betaald of niet.
  • Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
  • De funderingen van de bunkertjes B42 en B43 die zeer identiek zijn met dit bunkertje, werden bijkomend gestut op stalen damplanken onder de betonnen fundering. Dit zou niet zijn gedaan bij de bunker B44. Een van de redenen dat dit nog niet werd gedaan bij de bunker B44 was omdat er toen de bunker werd gebouwd in dit talud, dit nog altijd een talud was waar bovenop nog geen sporen liepen.
  • Het bunkertje zijn aandeel in het bouwproject A bedroeg origineel 47.197,64 Bef. Met inbegrip van wat gemeenschappelijke kosten zoals onder andere de niet individueel verdeelde beplantingen moet deze prijs allicht opgetrokken worden tot 47.252,64 Bef. Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 47.402,64 Bef hebben gelegen.
  • Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.
  • Ook van dit bunkertje werd net zoals bij B42 en B44 het toegangssas herzien en in een latere fase hertekend.
  • De toegang van het bunkertje is zeer beperkt vrij. Dit was reeds lang zo en toen was ook bijkomend zijn toegangsdeur zo goed als volledig toegestroomd met grond en stenen van het spoorwegtalud waar hij tegenaangebouwd is. In 2012 werd de toegang iets ruimer geopend (nog altijd zeer beperkt) en bijkomend rondom wat met houtwerk gestut zodat hij niet steeds weer toestroomt met grond van het talud. Ik zou u echter nog steeds niet aanraden de bunker zonder begeleiding langs deze wet te proberen betreden.
  • Het schietgat is volledig vrij. Maar net als de andere spoorwegtalud-bunkertjes (B42 en B43) hebben deze bunkertjes uiterst smalle en kleine schietgaten.
  • Origineel werd hij zoveel mogelijk rondom beplant met 160 accasia's en 3 klimopplanten. Heden is hij ontzettend overgroeid en bepaalde periodes van het jaar is hij praktisch onvindbaar en zeker onbereikbaar door de overgroeiing met braamstruiken (deels nog de originele aanplantingen).

Routebeschrijving om deze bunker te vinden

  • Volg de steenweg van Aalst naar Gent tot voorbij het viaduct van Kwatrecht.
  • U komt op uw linker kant voorbij de Kalverhagestraat.
  • Een honderdtal meter verder komt u op uw linker kant voorbij een veldweg met opnieuw een spoorwegbrug (verderop te zien).
  • Het bunkertje ligt achter deze spoorwegbrug op de rechter kant, misschien een tiental meter ver verwijderd van het wegeltje.
  • Let wel op, er loopt een niet zo goed zichtbare gracht tussen de bunker en de weelderig overgroeide bunker.
Bijhorende foto's
Schets horende bij de erfdienstbaarheden voor deze bunker. Je ziet duidelijk de lokatie van de bunker in het spoorwegtalud. Onderaan zie je Kalverhage. Het wegeltje tussen Kalverhage en de Brusselsesteenweg vormde de tijdelijke en permanente erfdienstbaarheid. Dit wegeltje was privébezit en geen openbare weg.
De fundering van de bunker getekend in het spoorwegtalud zoals het was voor de bouw van de bunker. Rechts ziet u ook deels de brug getekend.
Zicht op de bunker zoals hij diende ingewerkt te worden in het spoorwegtalud.
Origineel grondplan van deze bunker. Ook bij deze bunker is het sas zeer ruim en de mitrailleurkamer vrij lang.
Doorsnede AB bij bovenstaand grondplan. Dit is een dwarsdoosnede door sas, mitrailleurkamer en talud tot aan de veldweg.
Doorsnede CD bij hetzelfde grondplan. Ook hier is duidelijk de betonrand te zien om te maken dat de grond bovenop de bunker mooi op het dak blijft liggen. Zo kon het talud en zijn bijhorende begroeiing vlot doorlopen over het dak van de bunker heen.
Herziening van het grondplan van deze bunker. Omdat de herziening niets te zien had met het schietgat werd dit er zelfs niet bijkomend meer opgetekend. Het verschil zit hem in de kamers en het sas die minder diep zijn uitgewerkt. Daarnaast werd er ook een klein oreillon voorzien aan de toegang.
Dezelfde correctie nogmaals op een kalkpapier aangebracht.
Herziene grondplan waarbij bovenstaande schets op kalk over het originele grondplan werd gelegd. Je ziet duidelijk dat de bunker heel wat minder diep wordt. Het toegangssas krijgt ook een bijkomend oreillon.
Vooraanzicht op dit bunkertje anno 1995. De originele camouflagekleuren zijn nog merkwaardig goed aanwezig. Hier en daar ziet men zelf nog tinten van de lichtgroene onderkleur. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Nogmaals de voorkant van dezelfde bunker. Let ook vooral op de zeer grote en uitstekende neus van de bunker naast het enige schietgat. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Zicht op de nog volledig afgesloten bunker anno 1995. Ook toen zat de toegang al praktisch volledig dichtgestroomd onder de grond van het talud. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Vooraanzicht van dit bunkertje, naar alle waarschijnlijk van rond de periode van 2000. (Foto: Collectie Kris Vlaeminck)
b44
Vooraanzicht daterend uit 2004. Wat ook opvalt bij dit bunkertje zijn de zeer rare noppen die aangebracht zijn op de bovenkant van het oreillon. (Foto: Collectie Kris Vlaeminck)
Zicht op de linker zijkant van het bunkertje in de winter anno 2006. U ziet duidelijk het bunkertje liggen tegen het talud van de spoorweg. In de zomer is het bunkertje nauwelijks te zien.
b44
Achterkant van de bunker. De toegang zit op de linker zijkant van de bunker achter een beperkt uitstekend oreillon.
b44
Bovenkant van het bijna volledig dichtgelopen toegangssas. Ook hier nog restanten van originele kleuren. De toegang is ook maar heel beperkt geopend.
Vooraanzicht met rechts het grote oreillon van de bunker.
b44
Detail van het schietgat. Net zoals bij de bunkertjes B42 en B43 hebben we hier zeer kleine schietgaten (vooral de hoogte is zeer beperkt). Ook hier aan de binnenkant nog zeer fraaie camouflagekleuren.
Binnenzicht in dit zo goed als nog afgesloten bunkertje. Aan de graffiti op de achtermuur te zien zijn er toch ooit kleinere kinderen in geraakt, allicht door het smalle schietgat. Ook bij dit bunkertje is achteraan de tablet nog intakt aanwezig. Het chardome blijkt zijn bovenregel te missen.
In de loop van 2012 moet er toch interesse gekomen zijn om het bunkertje te proberen beter toegankelijk krijgen. Zo werd de afgekalfde kant deels weggegraven en gestut met houten planken tegen nieuwe afkalvende grond en stenen van het talud.
De toegang lijkt ook, zij het beperkt, iets ruimer vrijgemaakt. De opening lijkt mij zelfs nog beperkter en maximum even smal dan deze bij B43. Probleem is ook gezien de lokatie van de toegang (identiek probleem bij B42), dat dit een bunker is om open te maken door een linkshandig iemand. Al het kapwerk is totaal tegenhands voor iemand die rechtshandig is.
Binnenzicht op het toegangssas door deze beperkt geopende toegang. Voorlopig heb ik nog geen gedetailleerde foto's van de binnenkant wegens persoonlijk nog altijd als te riskant ingeschat om hem in zijn huidige toestand te betreden.
 
Vorige (B43)
Vorige (B43)
Volgende (B45)
Volgende (B45)