mu12
 
Bunkernummer
Mu12
Oud Bunkernummer
FM6
Lokatie
Munte
Toegankelijkheid
Nog volledig afgesloten
Aantal kamers

2 gescheiden kamers, koepel verbonden aan mitrailleurruimte en sas

Aantal schietgaten
2
Type geschut
1 x MI en 1x Mobiel C47 kanon
Bijhorende vuurrichting
Oosten

Korte beschrijving van de bunker

  • Uitwendige kenmerken.
  • Een ruw stenen uiterlijk, beter gekend als een Tirools gebocheld uiterlijk.
  • De kans is het grootst dat de camouflagekleuren identiek zijn geweest met deze van Mu11, een lichtgroene grondverf waarop daarna allicht lichtbruine vlekken gezet zijn.
  • Doordat hij nog volledig afgesloten is, zijn er ook geen resten van camouflagekleuren te zien aan de nog dichtgemetste schietgaten.
  • Het schietgat voor C47 kanon was afgesloten met een metalen valluik van 1.47m x 0.845m (BxH).
  • Het schietgat voor mitrailleur was afgesloten met een metalen valluik van 0.96m x 0.425m (BxH).
  • Binnenin zat onder de koepel een valluikje.
  • Onder dit luikje had je 6 klimijzers om de koepel te betreden.
  • Vanuit de koepel vertrok 3.50 m stemdragerbuis diameter 1" met op de uiteinden trechtervormige uiteindes.
  • In het toegangssas voor het 47 mm geschut was een sterfput voorzien die met een gresbuis van 15 cm diameter was verbonden met een groter reservoir van 2 m² om overtollig water op te vangen. Deze put moet gelegen hebben enkele meters links voorbij de achterzijde van de bunker. Of deze nog bestaat is totaal onduidelijk gezien dit ondertussen reeds gewoon kouter moet zijn.
  • Het toegangssas en de mitrailleurkamer werden gescheiden door middel van een gepantserde metalen deur van 0.86m x 1.82m (BxH) met zonneblinden, omlijsting en luikje voor toegangsverdediging.
  • De eigenlijke toegang tot het sas van de mitrailleurkamer was op zijn beurt afgesloten met een metalen traliehekje van 0.90m x 1.82m
  • In elke mitrailleurkamer was daarnaast standaard aanwezig:
    • 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
    • Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers.
    • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
    • 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur
  • De eigenlijke toegang tot de kanonkamer was afgesloten met een traliehek in smeedijzer, openend in twee richtingen van elk 1.10m x 2.10m (BxH).
  • In elke kanonkamer was daarnaast standaard aanwezig:
    • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
    • 1 speciaal in de bodem ingewerkt staketsel op een zeer kort spoor om scharnierend het C47 kanon zeer snel te kunnen veranderen van vuurrichting
  • Ventillatiegaten waren aan de buitenzijde aan de bovenzijde afgesloten met een koperen geperforeerde afdekplaat om ingooien van projectielen naar binnen onmogelijk te maken.
  • De bunker was vrij sterk ingewerkt in de helling van het terrein en diende zo weinig mogelijk af te steken tegen de rest van de omgeving, onder andere door de toegepaste camouflagekleuren. Het was zeker nooit de bedoeling de bunker te gaan accentueren of te laten opvallen in het landschap.
  • Structuur.
  • De bunker is opgebouwd als twee gescheiden bunkerruimtes.
  • Enerzijds een kamer voor een mobiel 47mm kanon en anderzijds een kamer voor een mitrailleur met achteraan een koepel en een sas.
  • Opmerkingen.
  • Het is de laatste voorliniebunker op de rechtse kant van Muntekouter. Hij ligt tussen Mu11 (160 m) en A23 (415 m). Hij is in feite in hoek opgesteld met A23 al liggen ze beiden vrij ver van elkaar. Daardoor hebben ze beiden een groter gezichtsveld en vuurbereik.
  • De bunker zijn schietsector is eigenlijk iets noordoostelijker dan Mu11.
  • Ook de nog iets meer achteruitgelegen Mu16 (210 m) sluit perfect aan bij de oostelijke verdediging van Muntekouter.
  • Beiden houden het veld onder schot tussen de bunkers en en de Ruspoel op Munte.
  • Hij krijgt rugdekking van de kleinere Mu16 (210 m) die ook nog aan de oostkant van de Hundelgemsesteenweg is gelegen.
  • De mitrailleurkamer was naast de standaard voorziene opstelling van een Maximmitrailleur ook voorzien voor de opstelling van een Hotchkiss- of Coltmitrailleur.
  • Voor de bouw van deze mitrailleur-kanon-bunker werd een terrein onteigend van 2 are 77 ca deel uitmakend van een veel groter perceel landbouwgrond gekadastreerd als Munte unieke sectie kadastraal perceel 72. Het onteigende perceeltje lag aan de noordwestkant van dit grote perceel, juist aansluitend op de scheiding waar het onteigende perceeltje raakt aan de kleinere percelen 108 en 109.
  • Daarnaast werd op hetzelfde perceel om dit vlot te kunnen verbinden met de rest van de erfdienstbaarheden (zowel tijdelijke als permanente) nog eens amper 6 ca mee voorzien van hetzelfde perceel om de bunker ten allen tijde vlot te kunnen bereiken enerzijds en de bouw vlot mogelijk te maken anderzijds.
  • De akte voor deze onteigening en bijhorende zeer beperkte tijdelijke en permanente erfdienstbaarheden werd getekend voor akkoord op 26 juni 1935 met de familie Lateur. Ditmaal was de akte gericht aan de volledige familie Lateur, allen landbouwers en samenwonende te Baaigem. Aan Omer Lateur zouden nog aktes opgemaakt worden, onder andere voor de bunkers Mu9 en Mu8.
  • Deze akte werd origineel opgemaakt voor de prijs van 2800 BEF maar de prijs werd in de akte nog gewijzigd en opgetrokken tot 3200 BEF. Ook deze akte zou wel eens mee aan de oorsprong kunnen liggen hebben van de lagere prijs die werd betaald voor Mu11.
  • De akte bevatte geen bijkomende clausule voor jaarlijkse intresten.
  • Omdat het onteigende perceel niet rechtstreeks verbonden was met enige officiële openbare wegen, diende een permanente erfdienstbaarheid voorzien te worden naar een naderbij gelegen openbare weg om het terrein ten allen tijde bereikbaar te maken voor militaire doeleinden. Dit verliep over een strook van 2 meter breed.
  • Om de bunker te kunnen bouwen werd eveneens een ruimere strook voorzien van 5 meter breed om het terrein gedurende 8 maanden te kunnen bereiken. Voor deze bunker verliep deze permanente erfdienstbaarheid over een strook die gewoon een verruiming was van de reeds voorziene strook van 2 meter breed aan de zuidwestelijke kant van de permanente erfdienstbaarheid.
  • Deze erfdienstbaarheden verliepen dan ook eerst over een lengte van 62 meter op perceel 109 op de scheiding met perceel 108.
  • De eigenares van het perceel 109 was Mejuffrouw Maria d'Hollander, wonende te Schellebelle. De akte voor de erfdienstbaarheden werd verleden op 15 mei 1935 voor de eenmalige prijs van 350 BEF.
  • De akte bevatte geen bijkomende clausules voor jaarlijkse intresten.
  • De erfdienstbaarheden liepen daarna verder over een bestaande losweg richting Asselkouter. Deze was allicht te benepen van breedte en diende desnoods iets ruimer gemaakt te worden om effectief een strook van 5 meter te verkrijgen.
  • De losweg maakte origineel op de scheiding van perceel 109 naar 110 een kleine knik in oostelijke richting (op perceel 110) tegen de grens met perceel 108 om daarna nog eens over 101 meter op de scheiding met perceel 107 door te lopen tot de onverharde wegel Asselkouter.
  • De eigenaars van perceel 110 was de lanbouwersfamilie Vercruyssen - De Wannemaeker, wonende te Oultre (Franse naam voor Outer bij Ninove).
  • De bijhorende akte voor deze erfdienstbaarheden werd verleden op 1 mei 1935 voor de eenmalige prijs van 150 BEF.
  • Ook deze akte bevatte geen bijkomende clausules voor jaarlijkse intresten.
  • Het mag toch wel opnieuw raar zijn dat voor een strook van 62 meter 350 BEF wordt betaald terwijl voor een gelijkaardige strook van bijna de dubbele afstand amper 150 BEF wordt neergeteld... Er is dus wel heel wat willekeur in de gemaakte aktes terug te vinden, zeker ook in deze die erfdienstbaarheden aangaan.
  • Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
  • Ondanks dat het terrein voor de bouw van de bunker ooit werd onteigend kreeg dit toen in het kadaster geen nieuw kadasternummer of aparte index toegekend.
  • Op het huidige kadaster staat het origineel onteigende perceel en de bunker nog altijd volledig gescheiden vermeld. Het ooit onteigende perceeltje en de apart er op aangeduide bunker, kreeg perceelnummer 72b toegekend. Het originele resterende perceel 72 werd perceel 72a. Dit bevestigt zo goed als zeker dat het respectievelijke perceel en de bunker ook vandaag nog altijd officieel niet opnieuw verkocht zullen zijn en zo goed als zeker nog altijd staatseigendom zijn en te koop zal staan.
  • De bunker is nog volledig afgesloten op het toegangssas van de mitrailleurkamer na. Deze kan je nog betreden maar meteen achter die toegang is waar het originele toegangshekje zat, de bunker nog volledig dichtgemetst.
  • Zowel de verdere toegang naar de mitrailleurkamer, de kanonkamer als de beide schietgaten, zijn nog volledig dichtgemetst.
  • Dit is het type bunkers dat aan de binnenkant zeer intact zou kunnen zijn, alleen jammer dat hij een koepel heeft en dat deze in elk geval verwijderd is. Hierdoor zou het natuurlijk ook kunnen dat ook de binnenzijde wel meer ontmanteld zou zijn dan wat je zou verwachten van een bunker zo afgelegen in het veld.
  • Op het eerste zicht, de schietgaten zijn natuurlijk aan de binnenzijde niet zichtbaar, is er geen directe schade te zien die zou zijn veroorzaakt door strijd.
  • De bunker heeft vanop afstand de indruk van een enorme massieve blok beton te zijn.
  • Ook merkwaardig is wel dat de bunker allicht toch ooit problemen had met waterafvoer. Van bij de originele plannen heeft men namelijk reeds een aparte opvangput voorzien om het water op te vangen dat afkomstig zou zijn van de sterfput voorzien in het toegangssas van de mitrailleurkamer.
  • Op basis van de hoeveelheden toegepast binnen de bouwproject A en B voor gelijkaardige bunkertjes, gecombineerd met de toegepaste basisprijzen zoals in het bestek van bouwproject F terug te vinden, werd een eerste benaderende prijs bepaald voor elk van de bunkertjes. Deze detailprijzen werden daarna herrekent via de regel van 3 op basis van de werkelijke projectprijs zoals terug te vinden in het bestek en de totaalprijs zoals zelf op basis van de gemaakte veronderstellingen, bekomen. Op die wijze moet dit bunkertje ongeveer 79.386,81 Bef gekost hebben.
  • Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 109.636,81 Bef hebben gelegen.
  • Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.

Routebeschrijving om deze bunker te vinden

  • Dit is de derde bunker gezien vanaf de Hundelgemsesteenweg aan de rechter kant, komende van Baaigem.
  • Hij is het gemakkelijkst te bereiken via de onverharde wegel Asselkouter (tussen Hundelgemsesteenweg en Ruspoel) te nemen.
  • Dit is de wijze waarop je de bunker die toch nogal ver in het veld staat, het dichtst via een officiële openbare weg, kunt benaderen.
Bijhorende foto's
Voorstudie bij deze zwaardere kanon-mitrailleurbunker op de oostkant van Muntekouter. Je kan zien dat de vuurrichting niet 100% oostelijk is maar zeer beperkt oostelijk - noordoostelijk.
Detail bij deze zelfde voorstudie. Merkwaardig is dat men dus van in het begin de toegang tot het perceel voorziet via een klein noordwestelijk hoekje van het perceel. Om dit toegankelijk te maken zal men op een vrij belachelijke manier nog eens extra 6 m² mee voorzien bij de akte in de vorm van tijdelijke en permanente erfdienstbaarheid. Je kan je dus letterlijk afvragen waarom dan niet bijkomend beperkt die noordoostelijke spie grond mee onteigend van in het begin.
Onteigeningsschets zoals terug te vinden bij de akte op het kadaster. Je ziet zeer duidelijk in noordwestelijke richting de permanente en tijdelijke erfdienstbaarheid lopen richting Asselkouter.
Detail van de erfdienstbaarheden zoals terug te vinden bij de aktes van de betrokkenen bij de erfdienstbaarheden van deze bunker. Dit is de versie ooit getekend door de familie Lateur.

Terreinschets horende bij de bouwplannen van deze bunker.

Het valt meteen op dat de bunker toch deels ingewerkt zat in het terrein. Zo diende de schietgaten deels in het talud uitgegraven te worden om een perfect schootsveld te verkrijgen. Ook aan de toegang hetzelfde scenario.

Ook heel merkwaardig en uniek is de afvoerput die mogelijk nog in de kouter zou kunnen steken. De sterfput in het toegangssas liep naar hier af. Of deze al dan niet nog bestaat is ook voor mij een mysterie.

Grondplan van deze kanon-mitrailleurbunker. Heden is nog altijd volledig de toegang naar de kanonkamer dichtgemetst alsook het deurgat waar ooit de gepantserde deur naar de mitrailleurkamer zat.
mu12
Doorsnede AB bij bovenstaand grondplan is een dwarsdoorsnede doorheen links de kanonkamer en rechts de mitrailleurkamer en de koepel. Ondanks dat de bunker heden vrij hoog uit het terrein uitsteekt zat hij origineel wel vrij diep in het terrein ingewerkt.
Doorsnede CD bij bovenstaand grondplan geeft een langsdoorsnede doorheen de kamer voor het mobiel 47 mm anti-tankgeschut.
Doorsnede EF bij bovenstaand grondplan is ook een langsdoorsnede maar dit keer van de mitrailleurkamer. Het maaiveld blijkt zelfs voor het schietgat, net zoals bij de kanonkamer aangehoogd tot juist onder de onderkant van dit schietgat.
Kadasterschets anno 2015. Zoals hier duidelijk te zien is zowel de bunker als het bijhorende ooit onteigende perceeltje grond hier nog altijd als apart perceel op aangebracht.

Detail van hetzelfde kadasterplan. In dit geval is het origineel onteigende perceel, perceel 72b geworden. De resten van het perceel 72 werd perceel 72a.

Dit alles laat vermoeden dat de bunker met bijhorend terrein nog altijd staatseigendom zal zijn, en dus bijhorend allicht nog altijd te koop zal staan.

Luchtfoto Google Earth anno 2007 met centraal deze bunker. Naar de linker onderhoek zie je Mu11. Beiden houden de oostkant onder vuur uitkijkend op de Ruspoel te Munte.
Vooraanzicht anno 1995. De bunker zat vroeger meer onder de klimop verborgen dan heden ten dage. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Linker zijkant en achterkant van de bunker uit dezelfde periode. Vooraan in het midden kijkt u op de hoek gevormd door de koepel. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Ongeveer hetzelfde zicht als twee foto's hogerop. Deze foto dateert van 2000. Voor de bunker is ondertussen een peilbuis geboord. (Foto: Collectie De Muntenaar)
We zijn ondertussen 2006. Mu12 is letterlijk een zware massieve blok in het veld. Hij is altijd vrij goed zichtbaar in het veld. Zeker in de wijdse velden van Muntekouter tussen Ruspoel en Hundelgemsesteenweg. Deze foto is een zicht vanaf Ruspoel. Je ziet de 3 voorliniebunkers op een rij. Van links naar rechts Mu10 - Mu11 en Mu12.
Dezelfde massieve blok vanaf de onverharde wegel Asselkouter die Ruspoel verbindt met de Hundelgemsesteenweg. De originele erfdienstbaarheden liepen vanuit deze richting naar de bunker toe. De originele toen aanwezige losweg is heden niet meer bestaande.
Zeer mooie sfeerfoto genomen vanaf de zijkant van Mu10. Men ziet achtereenvolgens links Mu11 en nog verder op de achtergrond Mu12 liggen. (Foto: Collectie Oswald Pauwels)
De linker zijkant van de bunker. Rechts zit het oreillon die projectielinslagen in het schietgat voor mitrailleur moest zien te voorkomen. Sommige periodes van het jaar, als de mais het hoogst staat, is ondanks dat de bunker een massieve blok in het veld is, de bunker amper terug te vinden, laat staan te bereiken.
Vooraanzicht met links het vrij grote oreillon. Er staat ook al jaren een peilbuis juist voor de bunker. Beide schietgaten zijn nog volledig dichtgemetst.
Vooraanzicht. Wat nog te vinden is aan de binnenzijde is nog altijd een mysterie.
Vooraanzicht en rechter zijkant anno 2010 (Collectie M. De Moor)
Detail van het nog dichtgemetste schietgat. Er is ooit zoals bij de meeste schietgaten al eens zeer beperkt aan gehakt maar in elk geval nog lang niet genoeg om een blik op de binnenkant te kunnen gooien.
Ook het schietgat voor het kanon zit nog altijd potdicht. Niemand heeft een idee hoe dik men de baksteenlaag hier heeft gemaakt die het mysterie aan de binnenzijde verbergt.
Rechter zijkant.
Achterhoek van de bunker. Links is het toegangssas. De bult centraal de foto is de koepel. Rechts kijk je op de linker zijkant van de bunker met het oreillon..
De nog volledig dichtgemaakte toegang van de kanonkamer.
Tussen het struikgewas kan je een blik werpen op de nog altijd volledig intacte muur die het onmogelijk maakt de mitrailleurkamer te betreden. Wel opvallend zijn opnieuw groene kleurvlekken op de binnenwand die allicht de witte bepleistering moesten verbergen vanaf de buitenzijde.
Ondanks dat de bunker op het moment totaal niet toegankelijk is, blijft het een tot de verbeelding sprekende blok beton in het veld die zeer fotogeniek kan zijn sommige momenten van het jaar. (Foto: Collectie M. Demoor)
Zeer fraaie sfeerfoto van deze bunker. (Foto Replica)
 
Vorige (Mu11)
Vorige (Mu11)
Volgende (Mu13)
Volgende (Mu15)